Lieve Pomodoro, het spijt me

white-3395699_1920.jpg

Kom je hier alleen voor een quick fix aan lifehack-achtige tips, opgemaakt als hapklare bullet points? I got you, er staan er acht voor je klaar als je een stukkie naar beneden scrollt.



Lieve Pomodoro-methode, ik moet mijn excuses aanbieden. Ik heb je geprobeerd, ik heb met je gefaald, ik heb je verafschuwd en ik heb je verbannen. Enthousiast etaleerde ik dit naar de buitenwereld, niet goed voor je reputatie. Maar toen… veranderde alles.

At some point heb ik je voorzichtig weer eens toegestaan in mijn leven. En och, lieve Pomodoro, wat ben ik daar blij mee nu. Je eerste indruk was geen match, net als je tweede en derde. Maar nu staat deze knipperlichtrelatie toch echt op groen. Je mag blijven!


Zo. Oké. Die Pomodoro-methode dus. Wat de methode inhoudt is al een miljoen keer uitgelegd, dus even in het heel kort: bij deze techniek focus je op een taak in blokken van 25 minuten, met daartussen steeds korte pauzes van 5 minuten. Na bijvoorbeeld vier Pomodoro's neem je een langere pauze. Nu ik dit schrijf zit ik in blok 1 van 4, hopelijk genoeg voor deze blogpost!

Dan mijn situatie. Ik vind focussen lastig, maar in de ochtend gaat het vaak best aardig. Maar dan moet ik wel stárten, en dat vind ik ontzettend moeilijk (ja, ook bij leuke dingen). Als het me dus eindelijk lukt om te beginnen aan iets, wil ik eigenlijk niet meer stoppen om te pauzeren, want dat betekent dat ik na de pauze wéér het gevecht aan moet gaan. Ik werk mezelf dus helemaal 'op' en na mijn pauze (van minimaal 2 uur) lukt er meestal niets meer. Het moest maar op deze manier, anders gebeurt er niks. Dacht ik.

Vechten tegen je kapotte vermogen tot taakinitiatie is enorm zwaar, dus daar ging eigenlijk mijn meeste energie aan verloren. Onwijs zonde, zeker als het een gevecht is dat altijd zal blijven als neurodivers persoon. Wat wel kan, is accepteren dat die hobbel er is en een manier zoeken die voor jou werkt om er toch overheen te komen. De positieve effecten daarvan zorgen er vervolgens niet alleen voor dát je de hobbel over komt, de start van de klim wordt ook makkelijker.


Ik verafschuwde de Pomodoro-methode. Ben je éindelijk, na zo lang vechten, lekker bezig… gaat die klotewekker af. En niet alleen dat, na 5 minuten (zó kort), moet je weer aan de slag. Weer vechten, weer verliezen, weer gefrustreerd. Shit, nog 10 minuten in m'n tweede Pomodoro, nog even een sprintje dan maa- TRING. Ja verdomme. Fuck dit, ik ga YouTube-video's kijke- TRING.

Ha! Die tweede tring was mijn daadwerkelijke timer. Perfect, want het illustreert precies het punt dat ik pas kort geleden besefte en nét wilde gaan vertellen. De Pomodoro-methode haalt je uit je focus, ja, maar de timer doet dat op een moment dat je bijvoorbeeld, zoals mij net gebeurde, midden in een zin zit. Dat betekent dat ik na de 5 minuten-break direct wist waar ik verder moest: daar waar m'n cursor aan-en-uit knipperde, bij de letter 'n' die ik nog moest typen. En zo zit je dus direct weer in je werk en kun je door.

Een tweede voordeel van ruw uit je focus worden gehaald: je focustank is nog niet leeg op het moment dat je een (langere) pauze neemt. Als 'ie leeg is, is het heel moeilijk om 'm in een pauze weer (een beetje) te vullen. En als er juist nog wat in zit, is het gemakkelijker om weer te beginnen. Je hebt immers nog wat puf in je tank om de motor weer te starten. Dat het op dat moment bijvoorbeeld pas 11 uur 's morgens is, geeft ook nog eens een extra kick. (Oké, eerlijk: hier ben ik nog niet zo goed in, working on it.) 

Doordat ik mijn focusbalkje (zie het als zo'n balkje in de Sims) niet in hoog tempo compleet leeg slurp (onder andere door te vechten tegen mezelf), gaat 'ie ook nog eens langer mee. Zo lukte het me om op een zaterdag acht Pomodoro's lang enorm gefocust te researchen en te schrijven. Omgerekend is dat dus 4 uur lang in diepe focus goede tekst creëren. En dat is veel, in ieder geval voor mij. Ik koos er expres voor om in het weekend te werken en dat was heerlijk. (En op maandag nam ik lekker vrij, ha!)


Het laatste ingrediënt van een goede apology, is vertellen wat je vanaf nu anders gaat doen zodat het niet weer mis gaat. Voor het gemak zet ik een paar tips op een rijtje. Ye[TRING]s, bullet points!

  • Zorg dat je focusbalkje tijdens de 5 minuten pauze niet nog verder leeg loopt. Met andere woorden: er mogen geen nieuwe informatieprikkels binnenkomen. Dus: geen radio, geen YouTube, geen mail, geen socials. Bewaar dat soort prikkels voor je werkbubbel, voor het ding waar je focus naartoe moet.

  • Besteed je minipauze dus op een prikkelarme manier. IJsbeer door de kamer, doe een dansje, knuffel je huisdier of wring jezelf in wat bochten voor een goede stretch. Ook een huishoudelijk klusje waarbij je nauwelijks hoeft na te denken is perfect. Ik heb tijdens de minipauzes bij het schrijven van deze blogpost de was (gedeeltelijk) opgeruimd. Iets dat ik normaal gesproken verafschuw. Dubbele winst! (En, nog een bonus: de 5 minuten duren verrassend lang op deze manier.)

  • Gebruik niet je telefoon als timer. Pak er een simpele kookwekker bij of gebruik een online tool, zoals deze.

  • Doe een oneven aantal Pomodoro's achter elkaar, bijvoorbeeld vijf. Dan heb je namelijk nooit een "ik ben pas op de helft"- moment, maar na drie rondes wel een "wow ik ben al over de helft!"-moment. Voor mij is vijf nog te hoog gegrepen, maar het kan ook met drie.

  • Maak niet je hele focusbalk leeg tijdens je eerste reeks Pomodoro's, tenzij dat de enige reeks is die je op die dag doet. Wil je twee reeksen doen, neem dan eerder pauze dan 'echt nodig' is, zodat je nog genoeg puf hebt om aan reeks twee te starten.

  • Wil je acht Pomodoro's doen, verdeeld over twee reeksen, maar merk je dat reeks 2 moeizamer verloopt? Maak reeks 1 dan langer dan reeks 2, bijvoorbeeld: 5x25 + 3x25. Of doe er eerst vier, en zeg tegen jezelf dat je tijdens reeks 2 ook na twee of drie Pomodoro's mag stoppen.

  • Daaropvolgend: krijg je, bijvoorbeeld tijdens de vierde Pomodoro, het gevoel dat je weer aan het vechten bent? Overweeg dan om te stoppen. Je beperkte hoeveelheid energie daarin stoppen is zonde. Stap even helemaal weg van je werk, ga een stukje wandelen of de afwas doen, en start daarna een nieuwe reeks.

  • Stop ook aan het einde van de dag vóórdat je balk helemaal leeg is. Juist dan, als je er bijvoorbeeld zes Pomodoro's op hebt zitten, kijk je met een positief gevoel op je dag(deel) terug. Die herinnering blijft en motiveert de volgende dag om weer hetzelfde te doen. Liever drie dagen achter elkaar vijf heerlijke Pomodoro's, dan op dag 1 een reeks van acht, daarna vier en op dag 3 met moeite twee stuks, inclusief een lege energiebalk en teleurgestelde bui.


Lieve Pomodoro, zoals je ziet is onze band inmiddels [TRING, brb even onderbroeken opvouwen] beter. Ik hoop dat dat zo blijft, want dankzij jou krijg ik letters op papier én het huishouden gedaan.


Nu ik de blogpost heb doorgelezen en er nog wat aan heb geknutseld, zijn de vier Pomodoro's op. Dat had ik dus aardig goed ingeschat! In de volgende reeks zet ik deze tekst om naar het eindresultaat dat jij net gelezen/geluisterd hebt, inclusief posts op de socials en een stockfoto-zoektocht.

Eerlijk? De verleiding is op dit moment, na de geplande Pomodoro's dus, zó groot om door te gaan. Want "ik ben er bijna!" Dat is ten eerste niet waar, want het afmaakwerk van een blogpost duurt altijd langer dan je denkt. En het is ten tweede niet slim, want tegen de tijd dat de blogpost dan online staat ben ik ka-pot.


Na een oproepje kreeg ik verschillende vragen over mijn manier van de Pomodoro-methode gebruiken. Deze heb ik verzameld en ga ik in een komende blogpost beantwoorden. Ik kan nog wel wat vragen gebruiken! Dus stel ze hieronder in de comments of op Twitter, Instagram of LinkedIn (overal te vinden als @michellewijma).

Vond je deze blogpost nuttig? Heb je tips of feedback? Laat het me gerust weten, dat vind ik superleuk! Daarnaast kun je me steunen door het artikel te delen of een vrijwillige donatie te doen via een Tikkie.


Ps: Ik lust helemaal geen tomaten.


Michelle vraagt zich af: waarom verkleuren de hoogste bladeren in een boom als eerste?

Toen ik tijdens een fijne herfstwandeling langs een mooie grote boom liep, viel me iets op: de bladeren bovenin waren brandweerrood, maar onderin voelde het bladerdek zich nog kiplekker in z’n groene jasje. Hoe komt dat?

Bladeren zijn een soort fabriekjes. Met behulp van zonlicht en brandstof maakt zo’n fabriekje suiker. Die voeding geeft het blad terug aan de boom zodat die kan groeien. Klein probleempje: in de winter zijn zowel zonlicht als vloeibaar grondwater schaars. Maar daar heeft de boom een oplossing voor: die legt gewoon alle suikerfabriekjes stil. Laat de winterslaap maar beginnen.

De bladeren bovenin de boom hebben het meeste kunnen zonnebaden in de zomer, maar ze moeten er in de herfst als eerste aan geloven: hun fabriekjes sluiten het snelst. Een boom gaat namelijk efficiënt met energie om. Hoe hoger een blad zich bevindt, hoe lastiger het voor de boom is om dat fabriekje van brandstof te voorzien. Deze brandstof, bestaande uit water en mineralen, komt namelijk uit de bodem. Voor een lager hangend blad hoeft de boom dus minder hard tegen de zwaartekracht te vechten dan voor z’n zusje bovenin.

Deze mooie amberboom staat in Artis.

Deze mooie amberboom staat in Artis.

Het sluiten van de fabriek gebeurt vrij letterlijk: er ontstaat een kurkachtig laagje tussen tak en blad. Door deze gesloten deur kan geen energie-uitwisseling meer plaatsvinden. Chlorofyl, het pigment dat het blad zijn groene kleur geeft, breekt daardoor af. Dit geeft andere pigmenten de kans om nog heel even te shinen. Helaas duurt die show niet lang, want op die mooie gele, oranje en rode kleuren volgt al snel een korte vlucht naar de grond. Daar wordt het gestorven blad voedsel voor schimmels en beestjes.

Zo zie je maar: dan kun je in de zomer nog zo veel privileges hebben, waardoor je meer kunt zonnebaden dan je broertjes en zusjes… in de herfst wordt dat meedogenloos rechtgezet. Of je hier een metafoor uit wilt halen voor de menselijke samenleving laat ik aan jou over.


In de rubriek “Michelle vraagt zich af…”, vraag ik, Michelle, me dingen af. Dat doe ik al mijn hele leven, dag in dag uit. Als kind verzon ik zelf zo logisch mogelijke verklaringen: een vallende ster landt in de zee en wordt een zeester, dat weet iedereen. Nu zoek ik uit hoe het écht zit…